Als er één ervaring is die ons als menselijke familie verenigt, dan is het wel het lijden.
Shannon Valenzuela; Blogs; 17 april 2023
Een van mijn favoriete openingsparagrafen onder alle literaire werken is ongetwijfeld de beschrijving van het hobbit-hol van Bilbo Baggins in De Hobbit van J.R.R. Tolkien. Na een uitleg over alles wat een hobbit-hol niet is (inclusief gevuld zijn met “een slijmerige geur” en “de uiteinden van wormen”), besluit de paragraaf: “Het was een hobbit-hol, en dat betekent comfort.” Dit is natuurlijk niet alleen een uitstekende beschrijving van de plek, maar ook van de hoofdbewoner, wiens leven op zijn kop wordt gezet door de komst van Gandalf, de dwergen en een roep tot avontuur die hem beslist uit zijn “comfortzone” haalt.
We voelen ons graag op ons gemak. We houden van hete thee en warme vuren en een koel oceaanbriesje. We houden van zachte dekens en de geur van bloemen en alles opgeruimd en precies op zijn plek. Maar soms maken we, net als Bilbo, een ogenblik door dat alles waarvan we dachten dat het stabiel en veilig was, te pakken neemt en overhoop haalt. De ervaring maakt ons ongemakkelijk. Het kan ons doen lijden – zelfs meer lijden dan we denken te kunnen dragen.
Als er één ervaring is die ons als menselijke familie verenigt, dan is het lijden. We moeten allemaal onze weg vinden dwars door perioden van ziekte, geestelijke nood, verlies en verdriet. Misschien beseffen we op een bepaald rationeel, abstract niveau wel dat iedereen wel eens lijdt. Misschien denken we zelfs, of is ons dat verteld door een goedbedoelend (maar zeer waarschijnlijk ongeduldig) iemand, dat lijden ons dichter bij God kan brengen, dus dat we het moeten “opdragen”.
Maar in alle eerlijkheid zijn we waarschijnlijk veel meer geneigd om het opvliegende antwoord aan God van de heilige Teresa van Avila te herhalen, toen ze op weg naar het klooster uitgleed en in de modder viel: “Als dit is hoe u uw vrienden behandelt, is het geen wonder dat u er zo weinig heeft!”
Een paar maanden geleden had ik de kans om Ross Douthat, columnist van de New York Times, te interviewen over zijn herinneringen aan en jarenlange strijd met de ziekte van Lyme. In het interview praten we over het probleem van het lijden en de uitdagingen van het omgaan met een chronische ziekte. Douthat gebruikt de beeldspraak van het “donkere woud” om de ervaring uit te drukken – een beeld uit de beginregels van Dante Alighieri’s De Goddelijke Komedie.
In het eerste vers van het gedicht begint de pelgrim Dante zijn reis, terwijl hij het spoor bijster is en op de rand van wanhoop. Zijn pogingen om zichzelf te redden zijn mislukt, maar op het kritieke moment verschijnt er een gids: de Romeinse dichter Vergilius. Vergilius verzekert Dante dat hij vele vrienden heeft in de hemel, en dat er een uitweg is uit zijn huidige nood.
Voor Dante is de ervaring van het donkere woud een gelegenheid voor de genade om het toneel te betreden. Alles wat hij nodig heeft is de moed om de eerste stap te zetten. En ik denk dat het belangrijk is om te beseffen dat hij dit pad niet alleen bewandelt. Hij heeft gidsen – degenen die met hem meegaan op de reis, die hem helpen zien wat hij moet zien, die hem de ruimte geven om te leren en te worstelen, en die hem aanmoedigen als zijn kracht en zijn geloof verslappen.
Vasthouden aan geloof terwijl we ons midden in de donkere bossen van het lijden bevinden is geen geringe opgave, zoals we zien in het bijbelse verhaal van Job. Het verhaal is een beproeving om te lezen, maar de geruststellingen erin zijn diep en zeer reëel. God staat Satan toe Job te treffen met alle soorten kwaad, maar Job houdt vast aan zijn rotsvaste geloof in de wijsheid en voorzienigheid van God en erkent zijn eigen nederigheid. Een van de meest geciteerde regels in de Schrift komt uit het boek Job: “De Heer gaf, de Heer heeft weggenomen, gezegend zij de naam van de Heer” (Job 1:21). De beproeving van Job lijkt een test van volharding te zijn – van het steeds opnieuw kiezen om God te vertrouwen ondanks elke verleiding om de God die hem in de steek lijkt te hebben gelaten, achter zich te laten, en om te hopen op de verrijzenis die ons na dit leven wacht.
Een van de redenen waarom wij zo van verhalen houden, is dat zij ons helpen in te zien dat volharding en moed ook in de allerdonkerste tijden van ons leven mogelijk zijn. Ze stellen ons ook gerust dat we niet alleen zijn in onze strijd. We hebben niet alleen de zorg en steun van degenen om ons heen, voor wie lijden en moeilijkheden niet onbekend zijn, maar ook de liefde van de God die ervoor koos ons te verlossen door zijn eigen lijden, dood en verrijzenis.
Zoals Emily Dickinson schrijft:
“Hoop” is dat ding met veren –
Dat neerstrijkt in de ziel –
En de melodie zingt zonder de woorden –
En nooit stopt – nog nooit-
En het zoetst – in de Stormwind – wordt gehoord –
Hoe donkerder de storm, betoogt Dickinson, hoe lieflijker het lied van de Hoop in ons hart klinkt, en dat geeft ons de moed die we nodig hebben om onze reis voort te zetten.
Shannon Valenzuela Dr. Shannon K. Valenzuela, is universitair hoofddocent Engels en inhoudelijk directeur van het programma Studies in Catholic Faith and Culture aan de Universiteit van Dallas. Zij is de schrijver en regisseur van The Quest, een beperkte televisieserie geproduceerd door de Universiteit van Dallas over het ontdekken van je levensdoel en het moedig doorleven daarvan. De serie werd in november 2021 uitgezonden op EWTN en opnieuw in maart 2022.
Bron: The Dark Wood: Courage in Suffering| National Catholic Register (ncregister.com)
Wilt u meer lezen of horen over het ‘lijden’? Klik dan hier , of klik één van de andere ‘tags’ boven- of onderaan deze post.
Keywoorden: Beproeving | Boek Job | Dante | De vrucht van de beproeving | Emily Dickinson | Genade | J.R.R. Tolkien | Job 1 | Moed | NCRegister | Lijden | Shannon Valenzuela | Volharding |
230419 | [XLS000]