27 juni 2025 – Boven, van links naar rechts: Sint Catharina van Siena, Sint Johannes Paulus II, Heilig Hart van Jezus, Sint Margaretha Maria Alacoque, Sint Franciscus van Sales. Onder, van links naar rechts: Sint John Henry Newman, Sint Gertrudis van Helfta, Sint Theresia van Lisieux, en Sint Thomas van Aquino. / Bron: Brooklyn Museum, Publiek domein, via Wikimedia Commons; Gov.pl, CC BY 3.0 PL, via Wikimedia Commons; Leiloeira São Domingos, Publiek domein, via Wikimedia Commons; Corrado Giaquinto, Publiek domein, via Wikimedia Commons; Giovanni Battista Lucini, Publiek domein, via Wikimedia Commons; Herbert Rose Barraud, Publiek domein, via Wikimedia Commons; Publiek domein via Wikimedia Commons; Céline Martin, CC0, via Wikimedia Commons; Carlo Crivelli, Publiek domein, via Wikimedia Commons
Rome Nieuwsroom, 04:00 uur (CNA).
De encycliek van paus Franciscus uit 2024 over het Heilig Hart van Jezus staat vol met getuigenissen van heiligen over het gebed en de devotie tot het hart van Christus door de eeuwen heen.
Dilexit Nos, wat “Hij heeft van ons gehouden” betekent, beschrijft hoe de devotie tot het hart van Christus “opnieuw verschijnt in de spirituele reis van vele heiligen” en hoe de devotie bij ieder van hen nieuwe tinten aanneemt. De meest geciteerde heiligen in de encycliek zijn Sint Theresia van Lisieux, Sint Margaretha Maria Alacoque, Sint Franciscus van Sales, Sint Vincentius a Paulo en Sint Johannes Paulus II, maar in totaal worden meer dan tweeëntwintig heiligen geciteerd.
De encycliek legt uit hoe de beschrijvingen van de Kerkvaders over de doorboorde zijde van Christus als de bron van het leven van genade later werden geassocieerd met zijn hart, vooral in het kloosterleven.
Er wordt aan toegevoegd dat “de devotie tot het hart van Christus langzaam buiten de muren van de kloosters trad om de spiritualiteit van heilige leraren, predikers en stichters van religieuze congregaties te verrijken, die het vervolgens verspreidden naar de verste uithoeken van de aarde.”
Hier zijn 20 heiligen die toegewijd zijn aan het Heilig Hart, gevonden in Dilexit Nos:
Sint Franciscus van Sales (1567–1622)
De heilige Franciscus van Sales werd diep bewogen door de woorden van Jezus “Leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart” (Mt 11:29). Hij schrijft in de “Inleiding tot het godvruchtige leven” dat de gewone beproevingen van het leven — zoals “de vermoeiende eigenaardigheden van een man of vrouw” of hoofdpijn of kiespijn —, wanneer liefderijk aanvaard, “zeer aangenaam zijn aan Gods goedheid.” In zijn brieven schreef Franciscus over het open hart van Christus, dat hij zag als een uitnodiging om ingekeerd te blijven en volkomen op Gods genade te vertrouwen, en beschreef het als “een hart waarop al onze namen zijn geschreven.”
“Het is zeker een bron van diepe troost te weten dat wij zo diep geliefd zijn door Onze Heer, die ons voortdurend in zijn hart draagt,” zei hij in een vastenpreek op 20 februari 1622.
Sint John Henry Newman (1801–1890)
De heilige John Henry Newman koos “Cor ad cor loquitur” (“Hart spreekt tot hart”) als zijn motto, een uitdrukking ontleend aan een brief van Sint Franciscus van Sales. Hij ervoer het Heilig Hart van Christus het krachtigst in de Eucharistie, waar hij het hart van Jezus “nog steeds voor ons kloppend” voelde en bad: “O laat mijn hart kloppen met uw hart. Zuiver het van alles wat aards is, alles wat trots en zinnelijk is, alles wat hard en wreed is, van alle verkeerde neigingen, van alle wanorde, van alle doodheid. Vul het zo met U, dat noch de gebeurtenissen van de dag noch de omstandigheden van de tijd de kracht hebben het te verstoren, maar dat het in uw liefde en uw vrees vrede mag hebben.”
Sint Margaretha Maria Alacoque (1647–1690)
De heilige Margaretha Maria Alacoque is wellicht de heilige die het meest geassocieerd wordt met het Heilig Hart van Jezus vanwege een reeks verschijningen van Christus in Paray-le-Monial, Frankrijk. In de eerste boodschap die Alacoque ontving, beschreef ze hoe de Heer “om mijn hart vroeg, dat ik hem vroeg te nemen, wat hij deed en daarna mijzelf in zijn eigen geliefde hart plaatste, van waaruit hij me mijn hart liet zien als een klein atoom dat verteerd wordt in de vurige oven van het zijne.” In volgende boodschappen “openbaarde hij mij de onuitsprekelijke wonderen van zijn reine liefde en tot welk uiterste hij gegaan was om de mensheid te beminnen” en hoe “zijn reine liefde, waarmee hij mensen tot het uiterste liefheeft,” slechts met “ondankbaarheid en onverschilligheid” wordt beantwoord.
Alacoque schreef in een van haar brieven: “Het is noodzakelijk dat het goddelijke hart van Jezus op de een of andere manier ons eigen hart vervangt; dat Hij alleen leeft en werkt in ons en voor ons; dat Zijn wil … absoluut werkt en zonder weerstand van onze kant; en ten slotte dat Zijn gevoelens, gedachten en verlangens de plaats innemen van de onze, vooral Zijn liefde, zodat Hij om zichzelf en omwille van ons wordt bemind. En zo, daar dit beminnelijke hart ons alles in allen is, kunnen wij met Sint Paulus zeggen dat wij niet langer ons eigen leven leiden, maar Hij het is die in ons leeft.”
Sint Claude de La Colombière (1641–1682)
De heilige Claude de La Colombière was een Franse jezuïet-priester en biechtvader van Sint Margaretha Maria Alacoque. Hij hielp de devotie tot het Heilig Hart ontwikkelen, door de ervaringen van Sint Margaretha Maria te combineren met de contemplatieve benadering van Sint Ignatius van Loyola. Claude mediteerde over de houding van Christus tegenover degenen die Hem wilden arresteren en doden: “Zijn hart is vol bittere droefheid; iedere hevige passie wordt op Hem losgelaten en de hele natuur is in beroering, maar temidden van al deze verwarring, al deze verzoekingen, blijft Zijn hart vast gericht op God.”
Sint Gertrudis van Helfta (1256–1302)
De heilige Gertrudis van Helfta, een cisterciënzer mystica, schrijft over een moment in gebed waarop ze haar hoofd leunde op het hart van Christus en het kloppen van Zijn hart hoorde. Ze reflecteerde dat het “zoete geluid van die hartslagen bewaard is voor de moderne tijd, zodat onze verouderde en lauwe wereld door het horen daarvan vernieuwd mag worden in de liefde van God.”
Sint Mechtilde van Hackeborn (1241–1298)
De heilige Mechtilde, ook een cisterciënzer mystica, deelde Sint Gertrudis’ innige devotie tot het hart van Jezus. De encycliek noemt haar onder “een aantal heilige vrouwen, [die] bij het vertellen van hun ervaringen van ontmoeting met Christus spraken over het rusten in het hart van de Heer als de bron van leven en innerlijke vrede.”
Sint Vincentius a Paulo (1581–1660)
De heilige Vincentius a Paulo benadrukte dat “God allereerst om ons hart vraagt,” en leerde dat armen meer verdienste kunnen hebben door met “grotere liefde” te geven dan rijkere mensen die meer kunnen geven. Hij drong er bij zijn medebroeders op aan “in het hart van Onze Heer een woord van troost te vinden voor de arme zieke.” De grondwetten van zijn congregatie onderstrepen dat “door zachtmoedigheid wij de aarde beërven. Wanneer wij hiernaar handelen, zullen wij mensen voor Ons winnen zodat zij zich tot de Heer wenden. Dat zal niet gebeuren als wij mensen hard of scherp behandelen.” Voor hem betekende het belichamen van het “hart van de Zoon van God” overal op missie gaan en de warmte van Christus’ liefde brengen aan lijdenden en armen.
Sint Catharina van Siena (1347–1380)
De heilige Catharina van Siena schreef dat het lijden van de Heer voor ons niet te begrijpen is, maar het open hart van Christus ons in staat stelt een levendige persoonlijke ontmoeting te hebben met zijn grenzeloze liefde. Catharina’s “Dialoog over de Goddelijke Voorzienigheid” geeft een gesprek weer dat zij met God voerde, waarbij Hij haar zei: “Ik wilde je het geheim van mijn hart openbaren, het je laten zien zodat je kunt begrijpen dat ik zoveel meer van je gehouden heb dan ik je had kunnen bewijzen door het lijden dat ik eens droeg.”
Sint Johannes Paulus II (1920–2005)
De heilige Johannes Paulus II beschreef het hart van Christus als “het meesterwerk van de Heilige Geest” en zag het als fundamenteel voor het bouwen aan een “beschaving van u liefde.” In een algemene audiëntie in zijn eerste jaar als paus sprak Johannes Paulus II over “het mysterie van het hart van Christus” en deelde dat “het mij al sinds mijn jeugd aanspreekt.” Gedurende zijn pontificaat leerde hij dat “het hart van de Verlosser ons uitnodigt om terug te keren tot de liefde van de Vader, die de bron is van iedere ware liefde.”
“De mannen en vrouwen van het derde millennium hebben het hart van Christus nodig om God te kennen en zichzelf te kennen; ze hebben het nodig om de beschaving van de liefde op te bouwen,” zei Johannes Paulus II in 1994.
Sint Bernardus van Clairvaux (1090–1153)
De heilige Bernardus preekte over het belang Jezus lief te hebben met “de volle en diepe genegenheid van heel je hart.” Hij beschreef de doorboorde zijde van Christus als een openbaring van de uitstorting van de liefde van de Heer uit zijn medelijdende hart. In het jaar 1072 preekte hij: “Degenen die Hem kruisigden, doorboorden zijn handen en voeten … Een lans drong door zijn zijde tot in het gebied van zijn hart. Hij kan niet langer medelijden hebben met mijn zwakheid. De wonden die zijn lichaam werden toegebracht, hebben ons de geheimen van zijn hart onthuld; ze maken het ons mogelijk het grote mysterie van zijn mededogen te overdenken.”
Sint Bonaventura (1221–1274)
De heilige Bonaventura presenteert het hart van Christus als de bron van de sacramenten en van genade. In zijn verhandeling “Lignum Vitae” schreef Bonaventura dat in het bloed en water die vloeiden uit de doorboorde zijde van Christus, de prijs van onze redding “vloeit uit de verborgen bron van zijn hart, zodat de sacramenten van de Kerk het leven van genade kunnen schenken en dus, voor wie in Christus leeft, als een beker gevuld uit de levende fontein zijn die opstijgt tot het eeuwige leven.”
Sint Johannes Eudes (1601–1680)
De heilige Johannes Eudes schreef de properiën voor de Mis van het Heilig Hart en was een vurig voorstander van de devotie. Dilexit Nos beschrijft hoe Sint Johannes Eudes de bisschop van het bisdom Rennes in Frankrijk overtuigde de viering van het feest van het “Aanbiddelijk Hart van Onze Heer Jezus Christus” goed te keuren, de eerste keer dat een dergelijk feest officieel werd toegestaan in de Kerk. Het jaar daarop keurden nog vijf bisschoppen in Frankrijk de viering van dit feest in hun bisdommen goed.
Sint Charles de Foucauld (1858–1916)
De heilige Charles de Foucauld maakte het zijn missie het Heilig Hart van Jezus te troosten, en nam een afbeelding van een kruis geplant in het hart van Christus als zijn embleem. Hij wijdde zichzelf toe aan het hart van Christus, in de overtuiging dat hij “alle mannen en vrouwen omarmen” moest zoals het hart van Jezus. In 1906 deed hij de belofte: “het hart van Jezus in mij te laten leven, zodat het niet meer ik ben die leeft, maar het hart van Jezus dat in mij leeft, zoals Hij leefde in Nazareth.”
Sint Thomas van Aquino (1225–1274)
De heilige Thomas van Aquino schreef dat de uitdrukking “hart van Christus” kan verwijzen naar de heilige Schrift, “die zijn hart bekendmaakt.” De encycliek citeert de theologische uitleg van Sint Thomas van Aquino over het Evangelie van de heilige Johannes, waarin hij schreef dat wanneer iemand “snel verschillende gaven van genade ontvangt van God, levend water vloeit uit zijn hart.”
Sint Theresia van Lisieux (1873–1897)
De heilige Theresia van Lisieux voelde een intieme band met het hart van Jezus. Op haar vijftiende jaar kon zij spreken van Jezus als degene “wiens hart in éénheid klopt met het mijne.” Een van haar zusters nam als kloosternaam “Zuster Maria van het Heilig Hart,” en het klooster waar Theresia trad, was gewijd aan het Heilig Hart. Ze schreef in een brief aan een priester: “Sinds ik de genade heb ontvangen om ook de liefde van het hart van Jezus te verstaan, beken ik dat het alle angst uit mijn hart heeft verdreven. De herinnering aan mijn fouten vernederde mij, hield mij ervan af alleen op mijn kracht te vertrouwen, die slechts zwakheid is, maar deze herinnering spreekt meer tot mij van barmhartigheid en liefde.”
Sint Johannes van het Kruis (1542–1591)
De heilige Johannes van het Kruis zag het beeld van de doorboorde zijde van Christus als een uitnodiging tot volledige vereniging met de Heer. In zijn poëzie portretteerde hij Christus als een gewond hert, getroost door de ziel die zich tot hem wendt. Johannes probeerde uit te leggen dat in de mystieke ervaring de oneindige liefde van de verrezen Christus “neerbuigt” om ons, door het open hart van Christus, een ontmoeting van ware wederzijdse liefde te laten ervaren.
Sint Ambrosius (340–397)
De encycliek citeert herhaaldelijk de heilige Ambrosius, die een overdenking gaf over Jezus als de bron van “levend water.” Hij schreef: “Drink van Christus, want Hij is de rots die een vloed van water doet ontspringen. Drink van Christus, want Hij is de bron van het leven. Drink van Christus, want Hij is de rivier waarvan de stromen de stad van God verblijden. Drink van Christus, want Hij is onze vrede. Drink van Christus, want uit zijn zijde stroomt levend water.”
Sint Augustinus (354–430)
De heilige Augustinus “opende de weg naar devotie tot het Heilig Hart als de plaats van onze persoonlijke ontmoeting met de Heer,” volgens Dilexit Nos. “Voor Augustinus is de doorboorde zijde van Christus niet alleen de bron van genade en de sacramenten maar ook het symbool van onze innige vereniging met Christus, de plaats van een ontmoeting van liefde.” In zijn “Tractaten over het Evangelie van Johannes” overdenkt Augustinus hoe toen Johannes, de geliefde leerling, zich aan het Laatste Avondmaal tegen de borst van Jezus liet rusten, hij dicht bij de geheime plaats van wijsheid kwam.
Sint Ignatius van Loyola (1491–1556)
In zijn “Geestelijke Oefeningen” moedigt de heilige Ignatius de retraitegangers aan om de doorboorde zijde van de gekruisigde Heer te overwegen om het hart van Christus binnen te gaan. Ignatius stichtte de Sociëteit van Jezus, ook bekend als de Jezuïeten, die meer dan een eeuw devotie tot het goddelijk hart van Jezus heeft bevorderd. De sociëteit werd in 1871 toegewijd aan het Heilig Hart van Jezus.
Sint Daniel Comboni (1831–1881)
De heilige Daniel Comboni zag het hart van Jezus als de bron van kracht voor zijn zendingswerk in Afrika. Hij stichtte de Zonen van het Heilig Hart van Jezus, die tegenwoordig bekend staan als de Comboni Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus, evenals de Comboni Missiezusters. De heilige missionaris zei ooit: “Dit goddelijke hart, dat zich door een vijandige lans liet doorboren om door die heilige wond de sacramenten te schenken waarmee de Kerk werd gevormd, is nooit opgehouden lief te hebben.”
Dit artikel werd voor het eerst gepubliceerd op 1 november 2024 en is bijgewerkt.