Paus Franciscus begrijpen: de clou zit ‘m in de moraaltheologie – @NCRegister

HomeInternationaal Katholiek NieuwsPaus Franciscus begrijpen: de clou zit ‘m in de moraaltheologie - @NCRegister

COMMENTAAR: Er lijkt iets ernstigs aan de hand te zijn met dit pausschap dat aanzienlijk verschilt van zijn voorgangers, en dat ‘iets’ is een revolutionaire verandering in moraaltheologie.

 

Larry Chapp; Wereld; 14 juni 2022

In 1992, terwijl Amerika in het midden van een recessie zat, had toenmalig presidentskandidaat Bill Clinton een eenvoudige boodschap: “It’s the economy, stupid.” (red.: de clou zit ‘m in de economie, sukkel). Een beetje parafraserend, zou ik iets soortgelijks willen zeggen met betrekking tot het raadsel dat paus Franciscus is: “It’s the moral theology, stupid”.

En ik zeg dat hij een raadsel (enigma) is omdat het gangbare verhaal rond hem lijkt te zijn, dat hij een “liberaal” is, en toch heeft hij de liberale vleugel van de kerk geen enkele van hun meest gekoesterde doelen gegeven. Hij heeft geen einde gemaakt aan het verplichte celibaat, geen vrouwen tot het priesterschap of het diaconaat gewijd, de leer van de Kerk over de menselijke seksualiteit niet veranderd, het ontvangen van de eucharistie niet opengesteld voor protestanten als een kwestie van officieel kerkelijk recht, of zelfs maar carte blanche gegeven aan de gescheiden en burgerlijk hertrouwden om de communie te ontvangen. En toch lijkt er met dit pausschap iets ernstigs aan de hand te zijn dat aanzienlijk verschilt van zijn voorgangers, en dat “iets” is volgens mij een revolutionaire verandering in de moraaltheologie

Ik beweer dat Paus Franciscus bij voorkeur lijkt te neigen naar een vorm van moraaltheologie die gewoonlijk “proportionalisme” of “consequentialisme” wordt genoemd. Op zijn minst denk ik, dat paus Franciscus in het proportionalisme een soort “corrigerend” tegenwicht ziet voor wat hij beschouwt als een te grote nadruk in de Kerk op het moreel redeneren volgens de natuurwet met diens centrale focus op bepaalde morele zaken als intrinsiek slecht. 

Proportionalisme ontkent dat er intrinsiek slechte handelingen bestaan en dat de moraliteit van een handeling alleen beoordeeld kan worden in het licht van de uitkomsten of “gevolgen” ervan. Katholieke proportionalisten ontkennen niet dat er inderdaad fundamentele morele principes zijn (daarin verschilt het van een rechtlijnig en onverbloemd utilitarisme), maar dat in het licht van een rationele beoordeling van mogelijke waarschijnlijke uitkomsten, van een moreel principe kan worden ontkend dat het van toepassing is in een bepaald geval, indien er een “proportionele” reden voor is om dat te doen. 

Deze vorm van moraaltheologie was zeer invloedrijk in het post-conciliaire tijdperk en won nog aan kracht onder degenen die het luidkeels oneens waren met Humanae Vitae. (Red. voor Nederlandse vertaling klik hier, met dank aan RKDocumenten.nl) Degenen onder ons die deze debatten hebben meegemaakt weten maar al te goed hoe verdeeldheid zaaiend ze waren, en bepaalde moraaltheologen die de traditionele, op de natuurwet gebaseerde, theologie van de Kerk verdedigden (bijv. Germain Grisez, Janet Smith, enz.) betaalden beroepsmatig een zware prijs voor hun standpunt.

Wat is dan wel mijn bewijs dat paus Franciscus voorstander is van proportionalisme, ook al heeft hij dat nooit expliciet gezegd?

Om te beginnen verklaarde hij, in 2017, dat de proportionalistische moraaltheoloog Bernard Häring een modelvoorbeeld was voor hoe moraaltheologie vernieuwd zou moeten worden in het licht van Vaticanum II. Dit is dezelfde Bernard Häring die het niet eens was met Humanae Vitae en Veritatis Splendor (Red. voor Nederlandse vertaling klik hier, met dank aan RKDocumenten.nl)  m.b.t. belangrijke morele kwesties die veel verder gingen dan de anticonceptie-kwestie. Waarom zou Paus Franciscus de moeite nemen om Häring aan te wijzen als een model voor moraaltheologie, terwijl hij heel goed weet dat Häring sterk heeft afgeweken van de leer van Paulus VI en Johannes Paulus II? 

Volgens mij is de reden heel duidelijk: namelijk dat paus Franciscus, ook al is hij het niet eens met Häring’s afwijkende mening, voorstander is van het moraaltheologische model dat Häring vertegenwoordigt. De enige andere mogelijkheid is te beweren, dat Paus Franciscus niet op de hoogte was van wat Häring werkelijk vertegenwoordigde, wat ik hoogst onwaarschijnlijk vind. Immers, om even de waarheid te zeggen, van alle moraaltheologen die paus Franciscus als voorbeeld had kunnen nemen – bijvoorbeeld iemand als Servais Pinckaers – koos hij in plaats daarvan een proportionalist. Ik denk dat dat belangrijk is. Ik denk dat het iets betekent.

Ten tweede lijkt paus Franciscus een vorm van moreel redeneren te omarmen, die nauw verbonden is met proportionalisme, die zegt dat in de concrete omstandigheden van het leven, omstandigheden die vaak complex, moeilijk en rommelig zijn, het vermogen van een persoon om de objectieve morele wet na te leven zo beperkt kan zijn dat hij of zij inderdaad niet schuldig kan zijn aan enige morele schuld en, in feite, kan doen wat God voor hem of haar wil in zijn of haar concrete bestaan, ondanks wat de objectieve morele norm leert. Met andere woorden, het morele principe in kwestie wordt bevestigd, maar het kan terzijde worden geschoven in bepaalde complexe gevallen die ons een passende reden geven om dat te doen. Dit is iets anders dan “niet verwijtbare onwetendheid” van het principe in kwestie, want het principe wordt gekend en bevestigd, maar wordt alleen “in dit geval terzijde geschoven”. 

En door de omstandigheden op deze wijze als beperkend en verzachtend te beschouwen, kunnen we met een gerust geweten bevestigen, dat we in feite God’s wil doen, ondanks de schending van het beginsel in kwestie. Bijvoorbeeld, in Amoris Laetitia (Red. voor Nederlandse vertaling klik hier, met dank aan RKDocumenten.nl), hoofdstuk acht, doet paus Franciscus de volgende uitspraak: 

“Toch kan het geweten meer doen dan erkennen dat een bepaalde situatie objectief niet beantwoordt aan de algemene eisen van het Evangelie. Het kan ook met oprechtheid en eerlijkheid erkennen wat op dit moment het meest genereuze antwoord is dat aan God gegeven kan worden, en met een zekere morele zekerheid gaan inzien dat dat is wat God zelf vraagt te midden van de concrete complexiteit van iemands grenzen, terwijl het toch niet helemaal het objectieve ideaal is” (303).

Dit lijkt mij een duidelijke bevestiging van een meer proportionalistisch begrip van moraaltheologie. Pastorale barmhartigheid en een gradualistische benadering om mensen tot de volheid van de waarheid te brengen is allemaal goed en wel, en paus Franciscus onderschrijft terecht zo’n wet van geleidelijkheid. Maar verder gaan, en zeggen dat de omstandigheden een objectief immorele daad op dit moment tot God’s wil voor mijn leven kunnen maken, en dat met een gerust geweten te kunnen zeggen, is iets heel anders. Dit staat in schril contrast met de woorden van paus Johannes Paulus in Familiaris Consortio (34) (Red. voor Ned. vertaling klik hier, met dank aan RKDocumenten.nl) :

Zij mogen de wet echter niet louter zien als een ideaal dat in de toekomst moet worden bereikt; zij moeten haar beschouwen als een opdracht van Christus de Heer om moeilijkheden met standvastigheid te overwinnen. “En daarom kan wat bekend staat als ‘de wet van de geleidelijkheid’ of stapsgewijze vooruitgang niet vereenzelvigd worden met ‘geleidelijkheid van de wet’, alsof er verschillende graden of vormen van voorschriften in God’s wet zouden zijn voor verschillende individuen en situaties.”

Ten derde moet men ook kijken naar de betekenis van de afbraak door de paus van het Johannes Paulus II Academie voor menselijk leven en het gezin in Rome. De academische rechtsgang werd op extreme wijze geschonden toen de professoren van het instituut gewoon op staande voet werden ontslagen om duidelijk ideologische redenen. Deze professoren waren allen voorstanders van Veritatis Splendor en van de traditie van de Kerk op het gebied van natuurlijk-rechtelijk moreel redeneren. Zij werden vervangen door proportionalisten, van wie sommigen officieel hebben verklaard dat de leer van de Kerk over contraceptie en homoseksualiteit opnieuw moet worden bezien in het licht van “hedendaagse inzichten en omstandigheden”. Bovendien is de nieuwe focus van het instituut niet langer Veritatis Splendor, maar Amoris Laetitia, waarbij de laatste wordt geïnterpreteerd als een “opening” voor een “nieuwe kijk” op bepaalde “twijfelachtige” leringen van de Kerk. De ruimte belet mij om in te gaan op alle details, en velen vóór mij hebben dat toch al op bewonderenswaardige wijze gedaan.

Tenslotte, zoals ik zo graag bij elke gelegenheid zeg, personeel is beleid. En als we kijken naar de bisschoppelijke benoemingen op hoog niveau die Franciscus heeft gedaan, met name in de Verenigde Staten en Europa, dan zien we een duidelijk patroon ontstaan wat betreft het soort prelaat waaraan paus Franciscus de voorkeur geeft. Ze kunnen sterk verschillen in toon en temperament, en ze delen misschien niet allemaal dezelfde theologische opvattingen over alle zaken. Maar één ding hebben ze allemaal gemeen, en dat is dat ze een vorm van pastorale begeleiding aanhangen die voor degenen die het willen zien duidelijk een vorm van proportionalistisch moreel redeneren impliceert. 

In deze lijn kreunden vele conservatieve katholieken in wanhoop over de rode hoed die werd toegekend aan bisschop Robert McElroy van San Diego. Ik ken bisschop McElroy, nu voorgedragen als kardinaal, niet persoonlijk, en ik zal voor hem bidden (echt waar) aangezien hij nu een van de leidende lichten in het Amerikaanse episcopaat is, en ik wens hem het allerbeste. Maar wat mij opvalt, en wat iedereen zou moeten opvallen, is dat dit het zoveelste voorbeeld, de zoveelste bevestiging is van waar ik het over heb. En dat is, dat het meest significante aan dit huidige pausschap de revolutie in de moraaltheologie is die het lijkt te omarmen. 

Daarom, in plaats van onze handen in wanhoop te wringen over dit of dat aspect van de kerkelijke politiek, moeten we aandacht besteden aan de theologie. Want het gaat om de moraaltheologie, domoor.

Larry Chapp

Larry Chapp behaalde in 1994 zijn doctoraat in de theologie aan de Fordham University, met een specialisatie in de theologie van Hans Urs von Balthasar. Hij doceerde 20 jaar theologie aan de DeSales University in de buurt van Allentown, Pennsylvania, voordat hij met vervroegd pensioen ging om de Dorothy Day Catholic Worker Farm op te richten in de buurt van Wilkes Barre, Pennsylvania, met zijn vrouw Carmina en vriend en oud-student Father John Gribowich. Hij is auteur van vele artikelen en boeken en is tevens de oprichter en hoofdauteur van de blog, Gaudiumetspes22.com.

Bron: Understanding Pope Francis: It’s the Moral Theology, Stupid| National Catholic Register (ncregister.com)

Keywoorden:   | Bernard Häring | Familiaris Consortio | Gradualistische benadering | H.Paus Johannes Paulus II | Hans Urs von Balthasar |  Humanae Vitae | Johannes Paulus II Academie voor menselijk leven en het gezin | Larry Chapp | Mgr. Robert McElroy | Moraaltheologie | Natuurwet | NCRegister | Pastorale barmhartigheid | Paus Franciscus | Proportionalisme | Veritatis Splendor | 


AANVERWANTE ARTIKELEN
spot_img

Actueel